Apocalyps
Pitfire is een primitieve manier van bakken. Onze stukken worden eerst biscuit gebakken in een traditionele oven. Ze worden behandeld en dan mooi ingepakt in krantenpapier.
Dan gaan ze naar de pitfire in de tuin. Dit is een put die voorzien is van een schoorsteen om lucht te trekken. De put wordt gevuld met takken, droge bladeren, droog gras, houtkrullen en meel, ja zelfs hier en daar wat gedroogde koeienvlaai (stront), dan onze stukken, terug ons brandbaar materiaal en dit verder tot de put vol is of tot alles mooi bedekt ligt met brandbaar materiaal. Het geheel wordt in brand gestoken en als de put mooi gelijkmatig brand wordt hij toegedekt met een ijzeren plaat. Nu hem verder laten uitgloeien en branden, en na enkele dagen (afhankelijk van de grote van de put) kunnen we het geheel opentrekken en zoeken tussen de as naar onze werken die hopelijk nog intact zijn.
Bij deze manier, net als bij de raku, moet men altijd breuk incalculeren daar we niet voorzichtig en gelijkmatig op en afgaan in temperatuur.
Bij de pitfire is het ook onmogelijk om het resultaat te voorspellen. Men kan hoogstens iet of wat manipuleren om de gewenste kleur te verkrijgen, hier gaat dikwijls al een lange periode van testen, mislukken en zoeken aan vooraf. Voor de rest blijft het altijd de willekeur van de vlam, wind, vochtigheid en temperatuur.